Mosselen zijn lekker en gezond
Mosselen zijn rijk aan eiwitten en zitten boordevol mineralen en vitaminen. Je kan ze lekker op een terrasje eten of zelf koken. Mosselen koken is helemaal niet moeilijk. Het belangrijkste is de timing en vooral de eenvoud van het recept. Kijk op de website van het mosselbureau voor veel verschillende recepten.
Verschillende soorten mosselen
Mosselen zijn verkrijgbaar in verschillende soorten en klassen. De naam van de mosselsoort zegt iets over de grootte van de schelp, niet over de hoeveelheid van het mosselvlees. Het is niet automatisch zo dat de mossel groter is wanneer de schelp groter is. Van groot naar klein worden de mosselen als volgt aangeduid: Goudmerk, Jumbo, Imperial, Super en Extra.
Zie waar de mosselkotter vandaan komt
In 5 plaatsen in Zeeland heb je mosselkwekers: Yerseke, Zierikzee, Bruinisse, Hontenisse en Tholen. De mosselkotters uit deze plaatsen zijn te herkennen aan de aanduidingen op hun boeg: YE, ZZ, BRU, HON en TH. De bedrijven waar ze mosselen verwerken vind je bijna allemaal in Yerseke.
Bodemcultuur en hangcultuur
Er zijn 2 manieren om mosselen te kweken: bodemcultuur en hangcultuur. Bij bodemcultuur brengen de mosselboeren de mossellarven per boot naar de percelen. Ze zetten ze daar uit om te groeien. Na 2 jaar zijn deze mosselen klaar om te eten. Tussendoor wisselen ze een aantal keren van perceel om zo optimaal te groeien.
Bij hangcultuurmosselen bevestigen de mosselboeren het mosselzaad aan touwen omwikkeld door een sok. Deze sok lost op zodra de mosselen zich hebben gehecht aan de touwen. De mosselboeren dunnen de mosselen een paar keer uit, zodat de beste mosselen genoeg ruimte krijgen om te groeien. Deze mosselen zijn sneller klaar om te eten. Dit komt doordat ze meer zonlicht krijgen waardoor ze sneller groeien. Deze mosselen worden dan ook vaak in het vroege voorjaar verkocht. De bodemcultuurmosselen zijn dan nog niet van goede kwaliteit. Zij hebben meer tijd nodig.